De Vlaamse regering heeft met ingang van 1 januari 2022 wijzigingen aangebracht aan het verkooprecht, de Vlaamse registratiebelasting die verschuldigd is bij de aankoop van een onroerend goed. De registratiebelasting bij de aankoop van de enige eigen woning wordt verlaagd van 6 % naar 3 %. Bij de aankoop van een tweede eigendom stijgt de registratiebelasting van 10 % naar 12%.
De opvallendste wijziging is ongetwijfeld de (verdere) verlaging van de registratiebelasting bij de aankoop van de enige eigen woning. Ook aan de voorwaarden voor toepassing van het verlaagde tarief werd – zij het in beperkte mate – gesleuteld. Het betreft de aankoop van (i) een woning, (ii) gelegen in het Vlaams Gewest, door (iii) een of meer natuurlijke personen, die (iv) het gehele goed (samen) in volle eigendom verwerven. Daarenboven (v) dient de verkrijger binnen drie jaar na de datum van de authentieke aankoopakte zijn inschrijving in het bevolkingsregister te nemen op het adres van de woning. Ten slotte mag er (vi) in hoofde van de koper(s) geen sprake zijn van een ‘verhinderend bezit’. Kopers die reeds een andere woning bezitten, kunnen niet genieten van het verlaagd tarief, tenzij die andere woning binnen de twee jaar verkocht wordt.
De aankoop van de enige eigen woning met ingrijpende energetische renovatie of sloop en heropbouw kan voortaan tegen een tarief van 1% Vlaamse registratiebelasting.
Opdat hiervan gebruik kan worden gemaakt dient wel binnen de zes jaar na het verlijden van de aankoopakte een EPB-aangifte ingediend te worden waaruit blijkt dat de nodige werken op het vlak van energie werden uitgevoerd. Sloop- en herbouwwerken moeten bovendien ingrijpend zijn: de nieuwbouw moet minstens 800 m3 of een wooneenheid omvatten, en bij renovatie moet 75 % van de buitengrenzen van het nieuwe gebouw herbouwd zijn. In beide gevallen moet de koper binnen zes jaar op het adres van de woning ingeschreven zijn in het bevolkingsregister.
In het kader van de aankoop van een ‘bescheiden’ enige eigen woning geldt een bijkomende rechtenvermindering. Het grensbedrag bedraagt nu 220.000 euro, of 240.000 euro in de kernsteden. Voor dergelijke woningen geldt een vrijstelling van 2.800 euro (of 960 euro bij een IEG). Het stelsel van de ‘meeneembaarheid’, dat toelaat de registratiebelasting die bij de aankoop van een vorige woning betaald werd, kan worden afgetrokken van de belasting bij aankoop van een volgende woning, dooft uit. Per 1 januari 2024 verdwijnt het stelsel volledig.